‘Druk 4 om met een operator te worden verbonden’

Aflevering 39

‘Het gaat om meer dan enkel taal. Je moet mensen ook de fijne motoriek aanleren om een pen vast te houden.’ Naar schatting 15 procent van de Brusselaars is kortgeletterd of analfabeet. Dat is een onthutsende problematiek. Bovenop komt de toenemende digitalisering er als kiespijn bij.

Exacte cijfers zijn er niet voor Brussel. Lire et Écrire Bruxelles schat het aantal analfabete en kortgeletterde Brusselaars op ongeveer 15 procent van de bevolking. Langs Franstalige kant is deze organisatie de grootste aanbieder van alfabetiseringslessen. Ze coördineert ook een 160-tal andere verenigingen die bijspringen, ook al maken die van alfabetisering niet per se hun core business. ‘De sector is bijzonder versnipperd’, aldus Anne Copieters van Lire et Écrire Bruxelles. ‘Veel vzw’s werken met vrijwilligers en een beetje à l’improviste.’ Langs Nederlandstalige kant is het, zoals vaker, uniformer. Daar heb je slechts één organisatie: Ligo Brusselleer.

‘Een eerste grote groep die ons bereikt, zijn mensen die hun hele schoolcarrière hier hebben afgelegd, maar hun CEB niet behaalden,’ vervolgt Anne. ‘Ze slaagden dus niet voor het centraal examen op het einde van hun basisonderwijs en modderden dan in het secundair tot hun achttiende verder aan. Ze begrijpen wel Frans, maar hun kortgeletterdheid laat hen bijvoorbeeld niet toe om hun kinderen bij te staan. Een tweede groep zijn mensen die geen Frans spreken, niet naar school zijn geweest en niet kunnen lezen en schrijven in hun eigen taal. Je kan in Brussel perfect tien jaar lang leven zonder Frans te kennen. Opeens krijgen sommigen dan een klik. Ze willen autonomer worden, meer zelfvertrouwen krijgen, hun kinderen meer ondersteunen, een job zoeken of een diploma behalen. De motivaties zijn erg uiteenlopend.’

Die klik piekt vooral onder mensen tussen 35 en 55 jaar. Soms gaat het om vrouwen die in Brussel arriveerden en eerst een gezin stichtten. Soms wordt hij gemaakt na een ervaring met te zware en precaire jobs. Een deel hangt af van het OCMW, anderen hebben werk, zijn werkzoekende of op prepensioen en nog een andere groep heeft geen persoonlijk inkomen: huisvrouwen en -mannen bijvoorbeeld of asielzoekers en niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekenden. ‘Je kan er niet zomaar een etiquette op kleven’, zeggen Jan Van Gompel, Wim Ipers en Katrien Maes van Ligo Brusselleer in koor. ‘Qua gender is het wel ongeveer gelijk verdeeld. Met een pakket van 480 uur trachten we onze kortgeletterden tot op het niveau van een basisconversatie te brengen. Daarmee kunnen ze bijvoorbeeld een sms sturen of hun kind ziek melden op school. Voor analfabeten verdubbelen we het aantal uren. Hen moet je bijvoorbeeld ook de fijne motoriek aanleren om een pen vast te houden. Het gaat om meer dan enkel taal. Onze mensen beheersen minder functionele vaardigheden, zoals leren leren, zelfreflectie, zelf problemen oplossen, structuur creëren of zich rustig gedragen. Dat zijn allemaal dingen waar in de kleuterklas meteen aan wordt gewerkt, maar die zij vaak hebben gemist. Het gevolg is dat ze hun kinderen niet kunnen bijstaan als die een huistaak knippen moeten maken. Die ouders zullen ook niet snel het interessante speelgoed kennen. Denk aan lego dat goed is voor de motorische ontwikkeling. Vaak zal het speelgoed beperkt blijven tot de smartphone.’

De problematiek is ernstig. ‘Je kan in Brussel perfect als analfabeet werken’, zegt Anne Copieters. ‘Het Brussels Instituut voor Milieubeheer schat dat 15 procent van zijn personeel in dat geval zit. Veel parkwachters trekken hun plan met hun entourage, maar nu overweegt het instituut een systeem om vakantiedagen digitaal aan te vragen. Probleem dus. Of kijk naar de poetsbedrijven. Die eisen dat hun personeel toch minstens de namen van de kuisproducten kan lezen.’

Alles digitaal

De toenemende digitalisering komt er als kiespijn bij. Bankkantoren volgen de weg van telefooncabines en schotelantennes. Ze verdwijnen. De overheden schakelen massaal over op onlinedienstverlening.

Globaal is Brussel goed verbonden met het digitale tijdperk. In 2018 had meer dan 8 op 10 huishoudens toegang tot breedbandinternet. Bijna 9 op 10 Brusselaars van 16 tot 74 jaar maakte er ook gebruik van. Present zijn op de sociale media scoort het hoogst, gevolgd door internetbankieren en onlineshoppen. Maar lang niet iedereen is mee. ‘De meeste van onze cursisten hebben een smartphone’, zegt Anne. ‘Ze kunnen wel bellen en cijfers vormen, maar dan stopt het algauw. WhatsApp wordt vooral vocaal gebruikt.’

Hoe lager het opleidingsniveau, hoe meer de smartphone het enige middel is om verbinding te maken met het internet, zo stelt de Brusselse armoedebarometer van 2020. Dat dient dan vooral voor spelletjes, het beluisteren van muziek en het bekijken van films. Voor meer complexe toepassingen zijn de gevolgen navenant. Er groeit een tweedeling: zij die mee zijn en zij die dat niet zijn. ‘Wij merken de digitale kloof sinds een zestal jaar’, klinkt het bij Ligo Brusselleer. ‘Voor Actiris moet je je digitaal aanmelden. Voor een coronapas moet je Itsme installeren. Scholen gebruiken Smartschool om te communiceren. Bij de overheden zie je steeds meer (talige) onlineformulieren. En daarbij wordt te gemakkelijk uitgegaan van het feit dat men denkt dat iedereen dat kan. Onze cursisten missen bijvoorbeeld inzicht en het vermogen om logisch te denken. Zelfs de stappen van een telefoonmenu kunnen voor hen drempels zijn.’


Bronnen:

  • Interview Anne Copieters, Lire et Écrire, 29 oktober 2021 
  • Interview Emma Janssens en Barbara Goethals, Brussels Platform Armoede, 12 januari 2022
  • Interview Jan Van Gompel, Wim Ipers en Katrien Maes, Ligo Brusselleer, 27 oktober 2021
  • Kalenga-Mpala R. en Wautelet A. (2019), Brusselaars in het digitale tijdperk: toegang tot en gebruik van ICT. BISA, Perspective.brussels, Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse, focus nr. 30.
  • Van Den Broeck J., Degraeve S., Claeys J., Huysmans M., Stiens H. (eds.) (2021), Stemmen voor de stad. Perspectieven op stedelijk sociaal werk. Politeia, Odisee, Erasmushogeschool, Brussel.
  • Welzijnsbarometer (2020), Brussels Armoederapport. Observatorium voor Gezondheid en Welzijn Brussel.

Homepage