Creatief met sport, woorden en daden

Aflevering 28

‘Brussel als laboratorium voor grootstedelijke uitdagingen’, wordt wel eens gezegd. Niet alles lukt, maar de waaier van inspirerende burgerinitiatieven is indrukwekkend. Zo ook in de jeugdsector. Of hoe je met basketbal, kickboksen en debatteren kwetsbare jongeren ruggensteunt.

Na vijftien jaar schipperen met weinig financiële middelen is het resultaat van Molenbeek Rebels ronduit verbluffend. Wat in het Integratiecentrum Foyer in Molenbeek begon als een sociaal empowerend project voor kwetsbare meisjes is vandaag een zelfstandige organisatie. ‘We blijven werken met meer dan 70 procent meisjes uit kwetsbare milieus, maar de perceptie is gekanteld’, opent Wenke Thewis het gesprek. ‘We zijn nu vooral goeie Brusselse basketbalteams geworden, barstensvol diversiteit. En daar sturen middenklassenouders hun kinderen wél naartoe. Op zich is dat geen slechte evolutie. Jongeren uit een kansrijk milieu krijgen niet altijd, maar toch vaak meer structuur mee. Zij geven dat vervolgens gemakkelijk door aan hun medespeelsters. Als je dat als volwassene doet, dan komt het soms over als betuttelend vertellen hoe het moet. De evolutie naar een sociale mix is tegelijk van moeten. Onze subsidies zijn beperkt. Aan de kansrijke meisjes kunnen we noodgedwongen een wat hoger lidgeld vragen. Voor al de rest blijven we aangewezen op bakken gratis vrijwilligerswerk.’

Molenbeek Rebels, dat zijn vandaag lange wachtlijsten en 250 meisjes, gespreid over achttien basketbalploegen. Op het laagste niveau gaat het vooral om plezier maken en samen leren spelen. Op het tussenniveau stijgt het gevraagde engagement en word je twee keer per week op de training verwacht. En op het hoogste level is het menens: spelen in competitieverband, leren plannen en keihard werken. De uitval is minimaal. Zodra de meisjes voelen dat basketbal hen ligt, blijven ze meedraaien en doorgroeien, en dat in een extreem horizontale hiërarchie. Ze managen zelf de logistiek, organiseren clubdagen, straatfeesten en leren drank bestellen. Net zo voor het sportieve management: beleidsplannen schrijven en de algemene vergaderingen voorbereiden. Iedereen wordt aangesproken op zijn persoonlijke kwaliteiten. ‘In traditionele ploegen mag de sterkste meestal de kapitein zijn’, zegt Wenke. ‘Niet zo bij ons. Wij werken met een rotatiesysteem. Er zijn meisjes die goed kunnen spelen. Anderen kunnen luisteren, aanmoedigen of leiden. Ze komen beurtelings aan bod en zo leert iedereen van elkaar. Onder meisjes heb je vaak veel jaloezie. Eerder dan dit in roddels te laten ontaarden, buigen wij het verschil in iets positiefs om.’

‘De notie kwetsbaar is een label dat je gebruikt om subsidies aan te vragen’, vervolgt Wenke. ‘De meisjes horen dit uiteraard niet graag, want ze zijn juist heel sterk en ondernemend. In de realiteit zie je een brede waaier aan achtergrondsituaties. In veel gezinnen loopt het gewoon goed, terwijl andere meisjes opgroeien in precaire situaties. Sommigen moeten nog het belang leren van op tijd komen, anderen zijn juist heel stipt en sporen de laatkomers aan dat ook te zijn. Algemeen gezien voelen we de grote druk die ouders leggen om op school hoog te mikken. Niet elk meisje komt daardoor in de juiste richting terecht, en velen hebben het moeilijk om daarmee om te gaan. We hebben moeders die het basketbal wel steunen, maar tegelijk willen dat hun dochter haar steentje bijdraagt in het huishouden. Zal ik later de tijd hebben om een gezin te combineren met mijn engagement voor de club, vragen sommige van die meisjes zich dan af. Want veel voorbeeldfiguren zijn er nog niet. Het zijn net onze meisjes die experimenteren met het evenwicht tussen wat zij willen en de verwachtingen van de samenleving en hun gemeenschap. Dat zijn de spanningsvelden waar wij continu mee omgaan. In scholen waait dat ook binnen, maar daar wordt niet rond gewerkt. In die zin zijn wij los van het sportieve een absolute nuldezorglijn.’  

Molenbeek Rebels blinkt uit in een bijzonder geïntegreerde aanpak. De meisjes worden ondersteund in hun schooltraject. Zo nodig gaat de staf mee naar oudervergaderingen om in te gaan tegen onterechte doorverwijzingen. ‘Het ontbreekt leraars vaak aan tijd. Ze peilen onvoldoende naar wat jongeren wél kunnen. We nodigen de Franstalige coaches en speelsters constant uit om op het sportterrein Nederlands te durven spreken. Een uurtje voor de training hebben we een sessie voorlezen uit boeken. Finaal slagen de meesten erin om door te stromen naar het hoger onderwijs. Voor de anciennes uit de kanaalzone was naar Limburg rijden om een wedstrijd te spelen vroeger nog wow. Nu is dat genormaliseerd.’

Vechten onder vrienden

Ik verlaat Wenke in haar thuisbasis op de campus van de secundaire school Comenius en zet koers naar een sportief equivalent, enkele straten verder in Koekelberg. Daar is Manda Wilson, een Brussels-Schots-Kroatische advocate, sinds een poos buddy geworden bij de vzw Road to Glory. Van basketbal naar kickboksen, gendergemengd ditmaal. Hier schommelt de meerderheid van de jongeren tussen de 18 en 24 jaar. Negentig procent heeft een Marokkaanse, Turkse of Algerijnse afkomst en komt vooral uit Molenbeek, Anderlecht en Jette.

Hier wordt sport gekoppeld aan opleiding en de ondersteuning door een persoonlijk buddy. ‘Kickboksen geeft fysiek en mentaal zelfvertrouwen’, legt Manda uit. ‘Voor onze meisjes gaat het niet om hoe slank je bent, wel over hoe sterk. Gendermix is hier overigens geen probleem. Meisjes staan op gelijke voet en trainen ook tegen de jongens. We brengen ook discipline bij. De jongeren gaan het engagement aan om twee trainingen per week te volgen. Na x-aantal deelnames krijgen ze een gratis uitrusting. We organiseren ook galawedstrijden tegen andere clubs en versterken zo het groepsgevoel.’

‘In het begin voelde ik me niet cool’, glimlacht Manda. ‘Met al die rapcultuur om me heen was ik een beetje de vreemde eend in de bijt, maar nu maak ik deel uit van la mif (straattaal voor de familie). Je moet gewoon interesse tonen en als advocate geef ik soms gratis juridische bijstand.’ De buddy’s zijn voor 90 procent hoogopgeleid, helft vrouw, helft man. Ze kunnen tot vijf jongeren onder hun vleugels nemen en helpen waar dat nodig is. Denk aan praten met de ouders, advies geven over een ruzie of helpen met het zoeken naar een (studenten)job. Road to Glory werd opgericht vanuit een milieu van juristen, bankiers en ingenieurs. Dat bepaalt vandaag nog sterk de achtergronden van de buddy’s. De ambitie is om de profielen te verbreden door onder meer ook dokters, verpleegkundigen en tandartsen aan te trekken. Mensen die zowel een potje willen meetrainen, als raad kunnen geven over de arbeidsmarkt tijdens workshops na de training.

Dromen en argumenteren

De voorbije drie decennia werden in het Brussels Gewest veel faciliteiten voor jongeren uitgebouwd: nieuwe jeugdhuizen, sportactiviteiten of naschoolse ondersteuning. De vraag is in welke mate daar ook een duurzame, geïntegreerde aanpak aanwezig is. Veel jeugdwerk is ad-hocbezigheidstherapie. Daarin onderscheiden Molenbeek Rebels en Road to Glory zich. Maar het empoweren van kwetsbare jongeren hoeft niet enkel via sport te gaan.

Ilyas Mouami is een jonge nieuwe knaap aan het firmament van innoverend jeugdwerk. Hij heeft een traject van negen secundaire scholen en enkele jeugdzonden achter de rug. Een man die weet waar hij over spreekt. ‘In veel jeugdhuizen groei je op, maar zodra je vanaf je vijftiende stommiteiten uithaalt, mag je niet meer binnen. Sommige professionals kunnen niet goed om met jongeren die zoekende zijn.’ In 2019 stichtte hij vzw Nakama voor jongeren tussen 8 en 16 jaar en animatoren van 16 tot 25 jaar. Beide groepen delen de realiteiten van de kanaalzone: armoede, slechte behuizing en een zwakke sociale positie. De meerderheid heeft een Marokkaanse achtergrond, anderen een Turkse of een Congolese. ‘Wij kennen hun leefwereld en proberen als een grote broer het goede voorbeeld te geven. Iedereen is welkom, ook ketten die een tijdje gezeten hebben. Een voorwaarde is wel dat ze zich willen ontwikkelen.’

Jeugdwerk of jeugdbeweging? Nakama bengelt ergens tussenin. De jongeren organiseren zelf Ardennenkampen en de vzw is er om instant iets te doen met de realisatie van wensen en dromen, sneller en pragmatischer dan in klassieke organisaties waar je voor alles procedures moet volgen. Soms luidt die wens om eens gewoon op de radio te komen. Andere keren is hij ambitieuzer: een kamp voor weeskinderen organiseren, een tijdelijke voedselbank runnen of zelf een jeugdhuis stichten.

Sophie Buysse doet het sinds 2020 nog anders. Empoweren via de kunst van het leren debatteren. Ze haalde de mosterd uit twee vaststellingen: de grote Brusselse onderwijsongelijkheid waar de sociaal-economische achtergrond te sterk de slaagkansen van de jongeren bepaalt en de traditie van debatonderwijs in de Verenigde Staten. ‘Afro-Amerikaanse jongens hebben er 75 procent meer kans om hun school af te maken. Door het debatteren leer je kritisch denken, bronnen checken, je eigen vooringenomenheid inzien en boek je taalwinst.’

In haar vzw Debateville brengt ze kinderen van 10 tot 14 jaar samen voor een traject van vier jaar. 65 procent van hen komt op school in aanmerking voor een toelage via het GOK-decreet. ‘Vaak zie je hoe kinderen na een heel parcours in het Nederlandstalig basisonderwijs nog geen twee correcte volzinnen kunnen uitspreken, noch het zelfvertrouwen hebben om op te komen voor hun mening. Laat staan dat ze die kunnen verwoorden. Terwijl taal de basis is van ons denken.’

En zo leert Sophie en haar team de ketten over alles debatteren. Of er meer groen in Brussel moet zijn? En wat met die mondmaskerplicht tijdens de pandemie? ‘Ze leren voor een groep spreken, actief luisteren, gestructureerd denken, op een rustige manier onderwerpen ventileren, de moderator respecteren en feedback geven en krijgen.’


Bronnen:

  • Interview Ilyas Mouami, coördinator van vzw Nakama, 2 februari 2022
  • Interview Sophie Buysse, coordinator van vzw Debateville, 4 november 2021
  • Interview Wenke Thewis, algemeen coördinator van vzw Molenbeek Rebels, 21 maart 2022
  • Interview Manda Wilson, buddy bij vzw Road to Glory, 21 maart 2022

Homepage